Hoorzitting Avondklok: afhandeling Woo-verzoeken is politiek gemotiveerd

Spread the love

Op 26 november vond een hoorzitting plaats met het Ministerie van Justitie & Veiligheid over ons Woo-verzoek rondom het spoedappèl van de Rijksoverheid over het afschaffen van de avondklok. We kregen een interessant inkijkje in de manier waarop informatieverzoeken (niet) worden behandeld.

Het initiële Woo-verzoek dienden wij in bij het Ministerie van Algemene Zaken. In dit verzoek vroegen wij om ALLE communicatie binnen de GEHELE Rijksoverheid mbt het spoedappèl van de Rijksoverheid, nav de uitspraak van de Rechtbank dat de avondklok per direct afgeschaft diende te worden. Het Ministerie van Algemene Zaken besloot het verzoek te vernauwen naar slechts drie departementen: J&V, VWS en het RIVM. Alleen J&V kwam vooralsnog met een besluit: het departement maakt zijn vijf tranches documentatie openbaar. De eerste vrijgegeven tranche (app,- en chatcommunicatie) bevatte slechts 10 pdf’s met communicatie, terwijl het departement eerder aangaf dat er vele duizenden documenten vielen onder de reikwijdte van het verzoek. Daarom gingen tegen het eerste deelbesluit in bezwaar. Deze hoorzitting betrof dit bezwaar. Een samenvatting: 

* Er kon ‘geen gedachtevorming plaatsvinden’: het ministerie ging niets toegeven en/of toezeggen en op onze vragen werd geen (inhoudelijk) antwoord gegeven.

* Volgens het ministerie handelt de overheid Woo-verzoeken ‘naar eer en geweten’ af;

* De overheid bepaalt wanneer een relevante hoeveelheid informatie ’te veel’ is voor de indiener en besluit dan eenzijdig om slechts een (klein) deel te verstrekken;

* Het gebruik van de verschoningsgrond ‘Belang van de Staat’ om informatie niet vrij te geven behoeft geen gemotiveerde beargumentatie, ook al schrijft de Woo dat wel degelijk voor;

* De – ongevraagd en zonder toestemming – ingezette zoektermen waarmee ons Woo-verzoek (en Woo-verzoeken in het algemeen) worden behandeld zijn niet onderhevig aan fuzzy search. Kortom: als een ambtenaar de zoekterm/het betreffende woord anders/verkeerd spelt dan specifiek zoals de gekozen zoekterm, dan wordt informatie niet gevonden;

* Vernauwing van informatie-verzoeken, plus het gebruik van zoektermen zou in theorie in samenspraak met de indiener moeten worden ingezet, maar is in de praktijk een eenzijdig besluit van het betreffende departement;

* En in het bijzonder van de bewindspersoon. Concepten van/door ambtenaren (op basis van wat in principe een puur juridische en dus neutrale beoordeling moet zijn) worden per definitie geheim gehouden, het uiteindelijke besluit ligt bij de minister. Dat maakt de uiteindelijke motivatie dus politiek;

* De gebruikte tooling voor het zoeken naar app- en chatberichten is zo ingericht dat alleen het initiële bericht – dat bovendien ook nog een (ongevraagde) zoekterm dient te bevatten – gevonden wordt, maar alle opvolgende en eraan gerelateerde communicatie niet. Hierdoor krijgen indieners van Woo-verzoeken een groot deel van de opgevraagde informatie dus niet, omdat die er zogenaamd niet is;

* Het ministerie wil niet reflecteren op deze werkwijze en de problemen die dit geeft om adequaat aan informatieverzoeken te kunnen voldoen;

* De informatiespecialist die hierover uit de school klapte tegen onze advocaat tijdens een eerder overleg over ons bezwaar tegen het vernauwen van ons verzoek – en waarmee nog een volgend overleg zou plaatsvinden – verdween van de aardbodem en bleek gisteren ‘langdurig ziek’ te zijn.

Conclusie: als dit de werkwijze is waarop de Rijksoverheid omgaat met Woo-verzoeken, dan:

1. Is het logisch dat er constant vertraging optreedt bij de behandeling;

2. Wordt veel informatie niet gevonden, waardoor de schijn wordt gewekt dat deze informatie er niet is;

3. Kan niet anders dan vastgesteld worden dat informatieverzoeken – al dan niet actief en bewust – op zijn minst onvolledig worden behandeld;

4. Is deze werkwijze politiek gemotiveerd en dus niet in het belang van Nederland en de burger.

Onze vragen/bezwaren worden ‘meegewogen’ in de behandeling van ons bezwaarschrift over de vernauwing van ons Woo-verzoek. Voor dit besluit heeft het ministerie zes weken de tijd. Uiteraard leggen wij ons niet neer bij deze ‘verklaring’. We houden u op de hoogte van de volgende stappen.